De stalDe donkere stal waarin Gij werd geboren,
Is als ons leven Heer, benauwd en klein.
Een grot vol duisternis waar wij niet horen,
Omdat wij voor het licht geschapen zijn.
Wij willen als de herders U aanbidden,
Maar komen in de regel veel te laat.
Wij zien U vaak niet staan Heer, in ons midden,
Omdat ons lampje zo te flakkeren staat.
Wij brengen als de wijzen U geschenken,
Wat mirre en wat wierook en wat goud.
Maar niet te veel, omdat wij steeds nog denken,
Dat geld de grondslag is van ons behoud.
O Kind, dat onze schuld hebt weggedragen,
Leer ons de engelenzangen van weleer,
Het Bevrijdingslied: "In mensen welbehagen,
Vrede op aarde, God alleen de eer.
Waardering: 4 met 10 uitgebrachte stemmen
Dit gedicht is ingezonden door Marisa
Printbare versie
Dit gedicht verzenden naar een vriend(in)
Volgende gedicht: De kerstman is een lieve man
Vorige gedicht: De kerstman staat alweer voor een nog dichte deur