Verdrietig kijkt een moeder op haar baby neer. Al dagen is er bijna geen voedsel meer. Zij wiegt haar kind heel zacht. Haar ogen staren diep in de nacht, Waar die vele sterren staan, Eentje was er toch naar Bethlehem gegaan? En daar kregen ze te horen, Dat er een verlosser was geboren! Maar waarom had zij dan hier geen brood, En was haar kind misschien wel dood? Ze veegde haar tranen weg met haar mouw, En hoopte maar dat Hij haar helpen zou.